Toeval of verhoord?
Vandaag komt Peter naar onze mooie Sint-Jan. Peter heeft het heel moeilijk en wordt geplaagd door een ernstige depressie. Deze is ontstaan door het overlijden van zijn zoontje en het verlies van zijn vrouw. En hij heeft een zoon die getroffen is door een ziekte.
Ik ken Peter al heel lang, ook zijn lijden als geen ander. Peter geeft heel duidelijk aan wanneer hij hulp nodig heeft. Dan praten wij over zijn leven van nu. Hij is gezegend met een vriendin die erg op hem gesteld is. Ze trekken veel met elkaar op en houden van elkaar. Toch is het voor Peter moeilijk om zich gelukkig te voelen. Hij valt steeds weer terug op zijn tragische verliezen en op alles wat zijn dierbaren overkomt. Daardoor kan hij nooit genieten van al het goede in zijn leven. Hij is altijd bang wat er fout zou kunnen gaan. Die onrust speelt zich allemaal in zijn hoofd af. Eigenlijk heeft hij een mooi leven, maar wil dat niet toelaten.
Nu komt Peter met zijn lieve vriendin omdat het voor beiden bijna niet meer vol te houden is. Peter vertelt me dat zijn kleinkind niet reageert op zijn verzoek om contact met hem op te nemen. Zij is een jonge vrouw in een goede gezondheid en zeer tevreden met haar leven.
Zij is een dochter van zijn zieke zoon. Peter kan niet meer, het is zeer ernstig. In het gesprek komt alles naar boven wat fout gegaan is. Dat maakt hem ziek en kwetsbaar. Ik luister naar hem en zijn vriendin. Luisteren is niet genoeg en besluit om samen te gaan bidden in de Sacramentskapel.
Daar aangekomen vroeg ik aan Peter wat hij nodig heeft. “Hopelijk is er niets met mijn kleindochter gebeurd”, antwoordde hij. Daar maakte hij zich grote zorgen over. Ik begon mijn gebed en vroeg onze Lieve Heer om een antwoord van zijn kleindochter. Daarna gingen we opnieuw in gebed en vroegen om kracht en wijsheid om samen met zijn vriendin het geluk terug te vinden.
Maar nu komt het:
Ik hoorde dat Peter een bericht kreeg op zijn telefoon. En wat denkt u, ja hoor, een antwoord van zijn kleindochter. Peter kreeg tranen in zijn ogen en knapte zienderogen op. Hij was voor dat moment even gelukkig. Ik geloof niet in toeval, maar wel in bestemming. Wij wisten met hart en ziel dat ons gebed verhoord was. Godzijdank.
Wij mogen ons altijd richten tot onze Lieve Heer. Maar mogen niet vergeten Hem te eren en ons best te doen om hier en in het hiernamaals gelukkig te zijn.
Oude wijze woorden.
Br. Johannes